-
1 gevangenis
gevangenis, gevang2 [gevangenisstraf] (im)prison(ment) ⇒ prison/jail (sentence)♦voorbeelden:1 de gevangenis ingaan • go to prison/jailiemand uit de gevangenis ontslaan • release someone from prison/jailin de gevangenis zitten • be in prison/jaildaarvoor kan je in de gevangenis komen • you can go to prison/jail for thathij heeft tien jaar in de gevangenis gezeten • he's served ten years in prison/jail -
2 iemand uit de gevangenis ontslaan
iemand uit de gevangenis ontslaanrelease someone from prison/jail————————iemand uit de gevangenis ontslaanVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > iemand uit de gevangenis ontslaan
-
3 haar ontsnapping uit de gevangenis
haar ontsnapping uit de gevangenisVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > haar ontsnapping uit de gevangenis
-
4 ontslag uit de gevangenis
ontslag uit de gevangenisVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > ontslag uit de gevangenis
-
5 vrijkomen
2 [van iets afkomen] get off/away4 [beschikbaar komen] be(come) free/ 〈ook met betrekking tot mensen/geld〉 available ⇒ 〈met betrekking tot mensen/geld ook〉 be released♦voorbeelden:4 zodra er een plaats vrijkomt • as soon as there is a vacancy/place -
6 ontslaan
♦voorbeelden:ontslagen worden • be dismissediemand uit zijn ambt ontslaan • remove someone from officeuit (de militaire) dienst ontslaan • demobilizeiemand op staande voet ontslaan • dismiss someone on the spot -
7 ontslag
4 [vrijstelling] exemption♦voorbeelden:iemand zijn ontslag geven • dismiss someone(zijn) ontslag nemen • hand in one's notice/resignation, resign(zijn) ontslag nemen bij een bedrijf • leave a firm(zijn) ontslag nemen als lid van een bestuur • retire/resign from a committeeontslag op staande voet • summary dismissalzijn ontslag indienen • resign, hand in one's notice/resignation3 ontslag uit een inrichting/militaire dienst • discharge from an institution/from serviceontslag uit de gevangenis • release from prison4 ontslag van aansprakelijkheid/rechtsvervolging • discharge from liability/(further) prosecution -
8 bak
bak1〈de〉1 [voorwerp om iets in te bergen] (storage) bin; 〈 reservoir〉 cistern, tank; 〈 ondiep〉 tray; 〈 natuurkunde〉 vessel; 〈 trog〉 trough; 〈 etensbak〉 dish, bowl; 〈 in auto〉 boot, Atrunk; 〈 kattenbak〉 tray2 [grap] joke4 [kop (koffie)] cup (of coffee)5 [auto] big car♦voorbeelden:een bak met planten • a tray of plants2 een goede/schuine bak • a good/dirty jokeeen bak vertellen • crack a jokein de bak zitten • do time————————bak2〈 bijwoord〉 〈 scheepvaart〉♦voorbeelden:bak staan • have been taken back -
9 kast
1 [meubel] cupboard ⇒ closet 〈 voornamelijk vaste kast〉, wardrobe 〈 kleren〉, cabinet 〈 in het bijzonder voor sierspulletjes〉2 [afsluitbaar deel van een meubel] compartment4 [groot gebouw, voer-/vaartuig] barracks, barn 〈 huis〉; 〈 lelijk ook〉 monstrosity; tub 〈 schip〉 tank, rattle-trap 〈 voertuig〉♦voorbeelden: -
10 loskomen
1 [los worden] come loose/off ⇒ break loose/free, come apart♦voorbeelden:de snelheid bij het loskomen van het vliegtuig • the speed as the plane gets off the ground/becomes airbornehij kan niet loskomen van zijn verleden • he cannot forget his past, he is wedded to his past -
11 ontsnapping
Перевод: с нидерландского на английский
с английского на нидерландский- С английского на:
- Нидерландский
- С нидерландского на:
- Все языки
- Английский
- Французский